Onlangs brak de Nikkei door de 12.000 punten (zie grafiek), waarna de Japanse index op een vierjarig hoogtepunt belandde. Toch lijkt de weg omhoog nog maar net te zijn ingeslagen. Na de piek in 1989 op 38.957 volgde een sterke correctie tot in eerste instantie een niveau van 15.000 punten in 1992. Maar de ellende was toen nog lang niet over. Terwijl de westerse beurzen in een opgaande trend zaten, daalde de Nikkei nog 11 jaar tot een niveau van zelfs 7603 punten in het voorjaar van 2003. Een twintigjarig dieptepunt en een daling van 80 procent vanaf de top. Het lijkt erop dat dit de absolute bodem is geweest na een bearmarkt die 14 jaar heeft geduurd.
Het instorten van de vastgoedmarkt heeft de Japanse economie in een vicieuze cirkel van deflatie geholpen. De consumentenprijzen daalden jaar op jaar, waardoor mensen hun aankopen uitstelden. Waarom zou je vandaag een tv kopen, als je weet dat die volgende week goedkoper is? De Japanse banken werden geconfronteerd met veel oninbare leningen na het uiteenspatten van de onroerendgoedbubbel. Maar in plaats van een snelle sanering hebben banken noodlijdende bedrijven jarenlang in leven gehouden met extra kredieten. Zo voorkwamen ze dat het uitgeleende geld moest worden afgeschreven als gevolg van faillissementen. Tegelijkertijd tastte dit echter de bereidwilligheid aan om leningen te verstrekken aan nieuwe bedrijven. Deze inefficiënte verdeling van kapitaal stond een economisch herstel in de weg.
Herstel dankzij Koizumi en China
Bij zijn aantreden in 2001 heeft premier Junichiro Koizumi strenge voorwaarden aan banken gesteld om oninbare leningen af te schrijven en de balansen op te schonen. Koizumi heeft een kentering weten te forceren, want de afgelopen jaren zijn de oninbare leningen gedaald van 8,7 procent begin 2002 naar 2,9 procent van het totaal aan uitstaande leningen. Koizumi heeft een juist beleid gevoerd om afschrijving van oninbare leningen te versnellen, maar dat dit daadwerkelijk is gelukt komt ook voor een groot deel door de sterke economische rugwind vanuit China. Veel bedrijven hebben hun break-evenpoint weten te verlagen door jarenlange kostenreducties. Lagere kosten, toegenomen vraag vanuit het buitenland (China) en gezondere bedrijfsbalansen zorgen voor een sterkere winstgroei, waardoor leningen weer kunnen worden afgelost.
Consumenten gaan meer besteden
De sterke winstgroei van Japanse bedrijven heeft zijn weerslag op de arbeidsmarkt. Bedrijven nemen weer mensen aan. De werkloosheid is gedaald van 5,5 procent in 2002 naar 4,3 procent nu. Tevens staat de ratio vacatures-per-sollicitant op het hoogste niveau sinds 1992 en worden er meer mensen fulltime aangenomen. Door deze ontwikkelingen stijgt het vertrouwen van de consument en daarmee de bestedingen.
Ondertussen sluimert de deflatie nog in Japan, maar deze neemt steeds verder af. De consumentenprijzen daalden nog slechts 0,3 procent over de afgelopen 12 maanden. De onroerendgoedprijzen in Tokio stegen in deze periode met 0,5 procent. Dit was voor het eerst in 15 jaar. Naar verwachting zal er begin 2006 sprake zijn van een lichte inflatie, wat als een smeermiddel zal werken voor de Japanse economie. Consumenten zullen hun aankopen niet langer uitstellen.
Het herstel in Japan was tot nu toe exportgedreven. De export maakt 10 tot 12 procent uit van de Japanse economie. Met het aantrekken van de binnenlandse vraag begint het herstel in Japan een duurzame vorm aan te nemen, waardoor meer beleggers interesse voor Japan zullen krijgen. Veel internationale fondsen hebben nog een onderweging in Japan. Ook de Japanners zelf zijn (nog) geen grootschalige kopers van hun eigen aandelen. Maar dat kan veranderen.
Privatisering Japanse post
Na de verpletterende verkiezingsoverwinning van Koizumi op 11 september is de weg vrij gemaakt voor de privatisering van de Japanse post. De Japanse post beheert 386.000 miljard yen (2,8 biljoen euro) aan spaargelden van de Japanse bevolking en is daarmee de grootste financiële instelling ter wereld. Het grootste gedeelte van het vermogen van de Japanse post is belegd in binnenlandse termijndeposito’s en obligaties. Al zou slechts 1 procent van het vermogen van de Japanse post na privatisering in Japanse aandelen worden geïnvesteerd, dan zou dit neerkomen op een vloedgolf van 3860 miljard yen (28,5 miljard euro). Dit is vergelijkbaar met het totale bedrag dat buitenlandse beleggers in de eerste helft van 2005 in Japanse aandelen staken, namelijk 3400 miljard yen.
Dit is een column van Marco Balk van Intereffektfunds, www.intereffektfunds.nl
Geen opmerkingen:
Een reactie posten